Uit Ruimtewijzer 51, januari 2013
"Opruimen heeft geen zin. Het wordt toch weer een rommel! Waarom
zou je al dan die moeite doen?" Dit krijg ik nog al eens te horen. Ik
vind dat wel een grappige, maar niet erg logische redenering. Dat besef
je als je het woord opruimen eens zou vervangen door een ander
werkwoord, zoals 'eten'...
Dan krijg je: "Eten heeft geen zin. je krijgt toch weer honger! Waarom
zou je al dan die moeite doen?" Of: Naar de kapper gaan heeft geen zin.
Je haar wordt toch weer te lang en raakt uit model. Waarom zou je al
die moeite doen?"
Dan besef je dat je de meeste dingen niet doet om er voor altijd van verlost te zijn,
maar omdat ze je op het moment dat je ze doet iets opleveren. Dat je je
voldaan voelt en weer energie krijgt doordat je gegeten hebt; dat je je
mooi en geweldig goed voelt, als je je haar hebt laten doen door
de kapper, of dat je weer ruimte hebt gekregen om andere dingen te doen,
als je je spullen hebt opgeruimd.
De meeste abonnees op deze Ruimtewijzer beseffen dat, anders
hadden ze zich vast niet geabonneerd. Maar hoe zit het met hun
partners, met hun kinderen, hun huisgenoten? Wat te doen als die niet
van het nut van opruimen doordrongen zijn?
Regelmatig krijg ik een noodkreet toegemaild van iemand die daar heel veel last van heeft. Hier de meest recente:
"Opruimen
heeft geen zin in mijn eentje. Hoe meer ik opruim hoe meer zooi mijn
partner achter zich laat. Het lijkt wel of hij iets tegen een opgeruimde
omgeving heeft. Ik verbaas me daar iedere keer weer over en het maakt
me woedend. Het enige wat ik daar tegen kan doen is minder opruimen en
proberen me er niet aan te storen. Als ik hem zover kan krijgen, dan
begint opruimen zin te krijgen."
Wat herkenbaar is dit voor velen.
Wat een wanhoop zit daar achter, of het nu je kinderen zijn, je partner
en een andere huisgenoot. Het vechten tegen de bierkaai, het dweilen
met de kraan open, of hoe je het ook zou willen noemen is akelig.
Hoe reageren we in zo'n vervelende situatie meestal?
- Door te gaan mopperen: "Jeetje wat een bende heb je ervan gemaakt hier!"
- Door te klagen: "Jij ruimt ook nooit iets op!"
- Door te gaan dreigen: "En nu je kamer opruimen, anders…."
- Door zuchtend en lijdend alles zelf maar op te gaan ruimen.
Tuurlijk, mama doet het zelf wel weer!
- Door (knarsetandend?) ook zelf niet meer op te ruimen, zoals de persoon uit het citaat is gaan doen.
En ik zou de lijst nog nog wel vééél langer kunnen maken....
Hele begrijpelijke reacties, maar helaas: ze werken niet! Iemand er met de haren bij slepen, commanderen, klagen of bevelen is kansloos. Daarom voelt het ook zo hopeloos, want dat ís het op deze manier ook. Maar, wat werkt dan wel?
Om te beginnen je energie niet meer op die ander te richten, maar uitsluitend op jezelf. Een ander kun je (gelukkig maar!) niet veranderen. Jezelf wel. Tenminste je eigen gedrag.
Wat ga je nu anders doen? Stoppen met wat niet werkt:
klagen, zeuren commanderen en zelf ook niet opruimen. Je gaat zorgen
dat je het voor jezelf zo prettig mogelijk maakt. Dat doe je door een
aantal dingen.
Je begint met ervoor te zorgen dat iedereen een eigen plek heeft ergens in jullie huis. Als
je niet voor iedereen een eigen kamer hebt, zorg dan voor een eigen
plank in de kast, een eigen doos, of een eigen la voor iedereen.
Deponeer elke keer als je iets van een ander tegenkomt op een plek waar
het niet hoort, dat voorwerp in zijn of haar eigen ruimte.
Doe dat wel zonder commentaar en ook zonder een beledigde houding! Ga
daarna alleen bezig met het opruimen van je eigen spullen. Maar voor je
dat doet, is het heel belangrijk iets anders te veranderen, namelijk je
eigen houding ten opzichte van opruimen.
Straal jij uit dat opruimen vervelend is,
dat je er een hekel aan hebt en dat het eigenlijk zinloos stom werk is?
Ga je zuchtend en steunend bezig met een woeste blik in je ogen, omdat
je het haat? Put je jezelf voortdurend uit door te lang bezig te zijn en
dan gevloerd en chagrijnig op de bank neer te ploffen? Zit je
voortdurend op jezelf te vitten?
Of zorg je ervoor dat je uitgerust bent,
dat je je goed voelt over jezelf? Dat je voldoende energie hebt en niet
langer achter elkaar gaat opruimen dan 2 uur, of korter als dat al
teveel is? Zorg je dat je er plezier in hebt voor je spullen handige en
passende plekken te vinden?
Laat je merken hoe blij je bent als je weer iets kleins hebt opgeruimd?
Gebruik je de timer, zodat je je niet druk hoeft te maken over de tijd?
Is er aan je te merken hoe fijn het is om je spullen snel terug te
kunnen vinden en niet uren te hoeven zoeken?
Vertel je op een ontspannen manier aan je huisgenoten
hoe verdrietig, of boos het je maakt als je steeds weer geconfronteerd
wordt met hun gedachteloos neergegooide spullen? Doe je dat op een
manier zodat ze zich niet gechanteerd voelen, maar ervaren hoe het voor
jou VOELT? Heb je het ook innerlijk echt los gelaten dat zij ook MOETEN
opruimen?
Door het zo aan te pakken gaat het zeker lukken,
want wat er dan gebeurt is dat je aanstekelijk wordt: als blij en
enthousiast persoon én door wat je doet. Mensen zijn net als apen
kuddedieren en ze kopiëren heel graag elkaars gedrag. Bij hele kleine
kinderen is dat heel duidelijk: ze willen alles doen wat mama doet:
"Ikke ook!"
"Goed voorbeeld doet goed volgen"
is een veelgebruikt zinnetje, maar het klopt wel. Waarom zou je gaan
opruimen als je moeder of vader zelf alles laat slingeren. Waarom zou je
gaan opruimen als je ziet hoe chagrijnig en geïrriteerd zij ervan
worden?
Als je dit alles echt toepast en niet stiekem als truc gebruikt om hen tot opruimen te forceren, gaat het werken. Misschien niet in één dag, maar zeker na een tijdje.
Dan over kinderen. Hoe ga je daar mee om? Die
kun je leren hoe en waarom opruimen zinvol en nodig is. Je kunt ze
vertellen dat ze het niet altijd leuk hoeven te vinden, omdat het leven
niet alleen maar uit leuke dingen bestaat.
Vertel ze ook dat door regelmatig op te ruimen het steeds minder tijd kost. Hoe
heerlijk het is als je alles terug kunt vinden, hoe alles veel mooier
blijft als het op een goede plek is opgeruimd en hoe fijn het is weer
(speel-)ruimte te hebben in plaats van over de spullen heen te moeten
stappen.
Oudere kinderen, zoals tieners kun je laten ervaren
hoe het is geen schone onderbroeken te hebben als ze die niet netjes in
de wasmand hebben opgeruimd en natuurlijk ga je nooit meer alleen hun
kamer opruimen. Dat doe je samen, of je laat het ze alleen doen zo gauw
ze dat enigszins kunnen.
Dat dit werkt heb ik heel duidelijk gemerkt in de Krachtige Opruim Marathons,
waar deelnemers regelmatig meldden dat hun partner en kinderen ook
aangestoken werden door wat zij deed, juist doordat ze op geen enkele
manier druk uitoefenden.
Dit schreef een deelneemster:
"Mijn man is dinsdags thuis en die heeft de smaak te pakken, haalde allerlei dozen bij IKEA en ruimde zijn hele kledingkast op!"
Verbeter de wereld, maar begin bij jezelf
en laat de ander de vrijheid je te volgen, of niet. Wees geen vitter,
klager, zeur- of zielenpiet. Maak jezelf tot een blij en aantrekkelijke
persoon door dat te doen wat goed voor jou is en wat jou gelukkig maakt.
Uiteindelijk is dat ook voor je huisgenoten het fijnste: een gelukkig
mens waar ze graag bij zijn en graag een voorbeeld aan nemen.
Hoe gaat dat bij jullie? Herken je dit? Ruimt jouw partner wel op en ben jij degene die alles laat slingeren? Of zit jij je te verbijten over de slordigheid van haar/hem? En jullie kinderen? Leuk om iets terug te lezen hieronder!
